Algemene vakbegrippen
De term "valbeveiliging van personen" heeft betrekking op zowel verschillende organisatorische maatregelen alsook technische voorzieningen en persoonlijke middelen die bedoeld zijn om een val te voorkomen.
In de werkomgeving wordt valbeveiliging geregeld door wetten, voorschriften en richtlijnen. De verschillende voorschriften voor valbeveiliging hebben tot doel gevaarlijke, vaak fatale valpartijen van werknemers uit verschillende beroepsgroepen te voorkomen. Typische toepassingsgebieden zijn dan ook werkzaamheden op daken, bouwplaatsen, op gevels en torens, maar ook werkplekken op hoogte in de industrie, zoals kranen, kraanbanen of windenergiecentrales. In deze context wordt onder een val niet alleen een val op een dieper gelegen, harde ondergrond verstaan, maar ook het doorbreken van een onstabiel oppervlak of het vallen in stoffen waarin men kan wegzinken. Andere centrale begrippen in de beroepsmatige valbeveiliging zijn valhoogte en valrand.
Afhankelijk van werkveld of branche publiceert de Duitse wettelijke ongevallenverzekering (DGUV) verschillende voorschriften, leidraden, regels en informatie over de uitvoering van arbeidsveiligheid. Ze zijn bindend voor de verzekerden en vormen vaak de basis voor het waarborgen van de verzekering die geen dekking biedt als de voorschriften niet worden nageleefd.
Veel van deze regelingen zijn gebaseerd op wettelijke voorschriften en normen waarvan het toepassingsgebied veel verder reikt dan de afzonderlijke beroepsgroepen. De belangrijkste zijn:
Alle voorschriften voor valbeveiliging zijn het erover eens dat eerst zoveel mogelijk moet worden ingezet op collectieve valbeveiliging. Die beschermt ook personen die niet geschoold zijn in de omgang met een speciale uitrusting. Typisch voorbeeld van collectieve valbeveiliging is de randbeveiliging, bijvoorbeeld in de vorm van een hekwerk als dakrandbeveiliging. In veel toepassingsgebieden is het gebruik van randbeveiliging echter niet nodig, bijvoorbeeld als men maar heel af en toe op het dak moet.
In veel gevallen is randbeveiliging ook bouwkundig niet mogelijk. In dergelijke gevallen worden persoonlijke beschermingsmiddelen tegen vallen van hoogte gebruikt. Vaak is dit een combinatie van een veiligheidsharnas dat op het lichaam wordt gedragen en een veiligheidslijn. De veiligheidslijn vormt zoals de naam al zegt een veilige verbinding tussen harnasgordel en aanlijnvoorziening.
PBM tegen vallen van hoogte en aanlijnvoorzieningen mogen alleen worden gebruikt door geschoolde medewerkers.