Normen en regels
De Technische regels voor bedrijfsveiligheid - TRBS 2121 Risico's voor personen door een val van hoogte vormen samen met de Technische regels voor werkplekken (ASR) A2.1 en de Duitse arbowet de basis voor de in Duitsland geldende voorschriften voor valbeveiliging van personen . De TRBS 2121 is in feite een concretisering van de Duitse Verordening Bedrijfsveiligheid (BetrSichV), die zich vooral bezighoudt met het bepalen en beoordelen van valrisico’s.
TRBS 2121 gaat in op de inventarisatie en evaluatie van valrisico’s. Voor de feitelijke inhoud van een risico-inventarisatie en -evaluatie wordt verwezen naar TRBS 1111. Verder wordt het bepalen en beoordelen van risico’s die ontstaan door valranden beschreven.
Voor de maatregelen voor valbeveiliging is er een bepaalde volgorde. Voorrang hebben collectief werkende valbeveiligingen zoals dakrandbeveiliging. Deze moeten een val voorkomen en uitsluiten. Op de tweede plaats komen collectief werkende opvangvoorzieningen zoals bijvoorbeeld vangnetten.
Deze vangen een vallende persoon op, voordat hij of zijn op de grond kan vallen.
Zijn deze maatregelen om bouwtechnische redenen of door de aard van de werkzaamheden niet mogelijk, worden er persoonlijke beschermingsmiddelen tegen vallen ingezet. Hierbij spelen ook de omstandigheden op de werkplek, het reddingplan en het beoogd gebruik een belangrijke rol.
Voor speciale toepassingen is TRBS 2121 uitgebreid met vier onderdelen:
Als een van deze vier technieken wordt gebruikt voor toegang, moet het desbetreffende onderdeel in acht worden genomen.