PBM tegen vallen

Aanlijnbeveiliging

De term aanlijnbeveiliging verwijst naar een speciale vorm van valbeveiliging met persoonlijke beschermingsmiddelen tegen vallen van hoogte. Bedoeld wordt hier de zekering met behulp van een veiligheidslijn, waaraan werkers op hoogte uit uiteenlopende beroepsgroepen zich vastmaken om een val te voorkomen of op te vangen. Daarbij wordt de veiligheidslijn aan het ene uiteinde verbonden met een aanlijnvoorziening, en aan het andere uiteinde met een veiligheidsharnas dat de gebruiker draagt. 

Basisvoorwaarden voor aanlijnbeveiliging

Aanlijnbeveiliging is een secundaire beschermingsmaatregel die ofwel alleen tijdelijk kan worden ingezet of bij werkzaamheden van geringe omvang.  Als werkzones op hoogte zeer vaak moeten worden betreden, moet er gekeken worden of een collectieve valbeveiliging nodig is.

De aanlijnvoorzieningen die nodig zijn voor aanlijnbeveiliging, zijn bijvoorbeeld enkele ankerpunten, veiligheidsdakhaken, kabelsystemen of railsystemen voor valbeveiliging. Alleen gekeurde en gecertificeerde producten mogen worden gebruikt.

Veiligheidsaspecten van valbeveiliging met aanlijnbeveiliging

Bij het werken met PBM tegen vallen van hoogte en valbeveiliging moet rekening worden gehouden met verschillende aspecten. Om te beginnen mogen alleen geschoolde medewerkers gebruik maken van aanlijnbeveiliging en PBM tegen vallen van hoogte. Bij gebruik moet het risico van een penduleval zo gering mogelijk worden gehouden. Dit risico bestaat vooral als er enkele ankerpunten worden gebruikt om een val te voorkomen en de gezekerde persoon niet in de valrichting van de aanlijnvoorziening kan werken, maar door de positie van de ankerpunten diagonaal ten opzichte van de aanlijnvoorziening moet werken.

Daarnaast moeten gebruikers van PBM tegen vallen van hoogte erop letten dat ze koppelingen gebruiken die getest zijn op scherpe randen en scharp edge bestendig zijn. Deze zijn bestand tegen de belasting bij een val, ook als de lijn via de (dak-)rand strak wordt gespannen of (bij een penduleval) over de rand heen en weer beweegt.

Varianten: valstop- of positioneringssysteem

Bij de toepassing van persoonlijke beschermingsmiddelen tegen vallen en aanlijnbeveiliging wordt onderscheid gemaakt tussen twee verschillende vormen van zekering. De veiligheidslijn kan worden gebruikt als werkpositionering. Dit beperkt de bewegingsradius van de gebruiker zodanig dat hij wel zijn werkgebied kan bereiken, maar niet in de gevarenzone kan komen of over de valrand heen kan komen. Het doel van deze maatregel is het voorkomen van een val.

Bij een opvangsysteem, dat wordt gebruikt als een positioneringssysteem niet kan worden gerealiseerd, is het de bedoeling dat de gevolgen van een val zo veel mogelijk worden beperkt. Een correct ingestelde veiligheidslijn stopt de vrije val en voorkomt op die manier een zware en eventueel dodelijke botsing. Daarnaast reduceert de valdemper van de PBM tegen vallen van hoogte de krachten die op het lichaam werken tot een maximum van 6 kN. Als een persoon na een val in zijn veiligheidsharnas hangt, moet de redding zo snel mogelijk worden ingezet.