Liggen loop- en werkpaden binnen een zone van 2 m van de dakrand, dan liggen ze in de zogeheten gevarenzone. In deze zone is een valbeveiliging voor werknemers verplicht. De valrand kan de dakrand zijn, maar ook de rand van een lichtkoepel of rook- en warmteafvoer. Reeds vanaf een potentiële valhoogte van 1 meter moeten volgens DIN 4426 looppaden op daken worden beveiligd, als de route of de werkplek in de gevarenzone ligt. Is de dakhelling meer dan 15 graden, dan moet er een permanente valbeveiliging worden voorzien. De belangrijkste voorschriften op het gebied van val- en aanlijnbeveiliging zijn.
Anker- of aanlijnpunten worden buiten de gevarenzone geplaatst. Met kabelsystemen is het mogelijk ook dichter bij de valrand te komen doordat men continue gezekerd is tegen valgevaar.
In principe zijn de gevaarlijkste punten altijd de buitenste hoeken, omdat een pendelval daar het grootste effect heeft. De diagonale lijn in de hoek is immers langer dan de rechte lijn tot de valrand.
Of u nu beter kunt kiezen voor een valbeveiligingsoplossing met afzonderlijke ankerpunten van ABS Safety of het flexibel kabelsysteem ABS-Lock SYS hangt helemaal af van het gebruik. In principe geldt:
Als de werkzone op het dak zelden wordt betreden zijn afzonderlijke ankerpunten vaak voldoende.
Wordt het dak echter vaak betreden of is het dak glad, bijvoorbeeld bij metalen daken of foliedaken vanaf 4-5°, dan is een kabelsysteem zinvol of zelfs noodzakelijk.
Op rechte stukken wordt de afstand van onze ABS ankerpunten tot de valrand alleen bepaald door de lengte van het verbindingsmiddel. De lengte kan precies zo kort als nodig worden ingesteld. Dit houdt in dat de ankerpunten niet altijd dezelfde afstand tot dakrand/valrand moeten hebben.
Bij een ontwerp voor valbeveiliging begint men in principe bij de gevaarlijke hoekzones. Iedere hoek wordt voorzien van een ankerpunt en vervolgens worden de stukken ertussen ingedeeld in zones van max. 7,5 meter.
In dit voorbeeld wordt het kabeltraject zo opgezet dat het wordt gebruikt als positioneeringssysteem. Op die manier wordt een eventuele val dus niet opgevangen, maar al op voorhand uitgesloten. Het verbindingsmiddel wordt zodanig ingesteld dat een stap over de valrand wordt verhinderd.
Bij kabelsystemen van ABS Safety hebt u keus uit meerdere tijdelijke en permanente oplossingen.
In dit voorbeeld bedraagt de afstand van het afzonderlijke ankerpunt ABS-Lock tot de dakrand 4,5 meter.
Bevindt de gebruiker zich in een van de hoeken, ontstaat er bij een val een maximale pendel van 1,86 meter. Rekening houdend met de lichaamslengte en uitrekking van de losgescheurde bandvaldemper blijft er dus voldoende afstand tot de grond. De vrijevalhoogte is voldoende om ervoor te zorgen dat de gebruiker bij een val niet op de grond terechtkomt.
Bij de berekening van de valafstand moet er rekening worden gehouden met verschillende factoren. Voorbeeld: een persoon van 1,80 meter lang valt met 2 meter slappe kabel of kabelpendel over een dakrand. Een standaard bandvaldemper van ABS Safety scheurt 1 meter los en het totale valbeveiligingssysteem geeft nog 1 meter mee.
De mogelijke valhoogte bedraagt dus al 5,80 meter. Bij het installeren van een verankeringsvoorziening moeten aspecten zoals het uitrekken van de bandvaldemper altijd in aanmerking worden genomen om een dodelijke val te voorkomen.
Gebruik voor informatie en aanvragen over onze producten en diensten het contactformulier, laat u terugbellen of bel ons direct.